Type 1 en alcohol: waar je rekening mee moet houden

Veel jongvolwassenen met diabetes type 1 zijn huiverig voor de combinatie diabetes & alcohol. Maar door je diabetes hoef je je er niet van te laten weerhouden om alcohol te drinken.
Al kan helemaal geen alcohol drinken natuurlijk ook altijd een bewuste keuze zijn. Wat zijn de laatste adviezen en wat is nu het echte gevaar? Stichting ééndiabetes praatte met diabetesverpleegkundige Mariska Strijtveen en zocht het verder voor je uit.
De lever
Je lever is een groot orgaan dat verschillende functies heeft. Het is onder andere een bloeddepot, maakt het gal, het haalt schadelijke stoffen uit je bloed en het houdt zich bezig met de stofwisseling van eiwitten, vetten en koolhydraten. Een gedeelte van de suikers en vetten slaat de lever op en dit zorgt ervoor dat je reserves hebt. Deze reserves worden aangesproken bij aanmaak van glucagon door de alvleesklier bij een (dreigende) hypo en ook door het inspuiten van glucagon bij een ernstige hypo. Alcohol wordt in de lever omgezet in aceetaldehyde en azijnzuur en beide stoffen zijn giftig voor de lever. Gelukkig kan je lever zich tegen alcoholschade beschermen, door deze stoffen nog verder af te breken. Met één standaardglas alcohol is de lever hier ongeveer 1 á 1,5 uur mee bezig.
Als je diabetes hebt en je drinkt alcohol, zal door de koolhydraten in je drankje je bloedsuiker eerst stijgen. Dit is uiteraard per drankje weer verschillend. Doordat je lever daarna bezig is met het afbreken van de alcohol en hierdoor de giftige stoffen prioriteit geeft, zal het tijdens dat hele proces geen glucose opslaan en vul je je reserves dus niet aan. Daarbij neemt de concentratie cortisone en groeihormoon af in het bloed door het drinken van alcohol. Beide hormonen hebben een bloedglucoseverhogend effect, dat drie tot vier uur nadat ze in het bloed vrijkomen optreedt. Beide factoren zorgen dus voor een groter risico op lage bloedsuikerwaardes.
De kans op een hypo neemt dus toe en dit kan de hele nacht duren als je meer alcohol hebt gedronken. Wat alcohol nog gevaarlijker maakt, is dat als je een ernstige hypo krijgt en buiten bewustzijn raak, glucagon inspuiten ook niet meer helpt. Je lever geeft namelijk nog steeds prioriteit aan het afbreken van de alcohol boven het opslaan of vrijmaken van glucose. Mariska Strijtveen, diabetesverpleegkundige in Diabetescentrum Isala in Zwolle vertelt:
‘Normaal gesproken zeggen we dat je niet dood kan gaan aan een hypo omdat het lichaam zelf glucose gaat vrijmaken. Maar in het geval van overconsumptie van alcohol doet de lever dat dus niet en kan je overlijden aan een hypo! Dit komt gelukkig niet vaak voor, maar gebeurt helaas nog wel eens.’
Dronken of hypo?
Als je hebt gedronken kan je ook een hypo minder goed voelen of voelen aankomen. Een flink lage bloedsuiker kan er daarbij ook uit zien alsof je dronken bent, waardoor het kan gebeuren dat je omgeving het ook niet goed kan beoordelen. Omdat je geen reserves meer hebt, kan een hypo ook plotseling optreden. Houd hier rekening mee en probeer als je begint met experimenteren regelmatig het effect te meten en snelwerkende suikers bij de hand te hebben. Mariska:
‘Als je diabetes hebt en alcohol wil gebruiken is dat natuurlijk aan jezelf, maar zorg wel dat je stapmaatjes weten wat ze moeten doen als je een hypo krijgt. Een SOS-armband kan ook helpen. Hypoklachten kunnen voor een buitenstaander op dronkenschap lijken en ze brengen je misschien naar huis in plaats van dat ze zorgen dat je wat glucose binnenkrijgt.’
Koolhydraten
Het kan handig zijn om te weten hoeveel koolhydraten er in een glas alcohol zitten. Voor bier is een vaasje gemiddeld 230 ml en een fluitje kan 250 tot 330 ml zijn. Een glas wijn bevat ongeveer 150 ml drank, al kan dit enorm verschillen afhankelijk van wie er schenkt. De verhoudingen bij een mixdrankje zijn ongeveer 30 ml sterke drank en 200 ml frisdrank.
Bier | 2,9 per 100 ml (langzame koolhydraten) |
Rode wijn | 3,0 per 100 ml (snelle koolhydraten) |
Droge witte wijn | 0,6 per 100 ml (snelle koolhydraten) |
Zoete witte wijn | 5,9 per 100 ml (snelle koolhydraten) |
Wodka/Whisky (puur) | 0,0 per 100 ml |
Cola/7Up/Sinas | 10,4 per 100 ml (snelle koolhydraten) |