Naar de inhoud springen

Annemieke heeft geen diabetes #7

Het is vakantie en we zijn er hard aan toe. We kregen dit jaar een zoon, ik onderging een operatie, we zijn verhuisd en meteen daarna is Jan gestart met pomptherapie.

Deze week komen we aan het Zeeuwse strand eindelijk een beetje bij van zoveel levensgebeurtenissen.

Het is prachtig weer en we lopen door de duinen. We willen onze zoon de zee laten zien. Een stevige hypo gooit roet in het eten. Zelfs een half uur zitten helpt niet genoeg. Jan sleept zichzelf nog mee naar de vloedlijn, maar ik zie aan hem dat hij zich beroerd voelt. We gaan terug naar ons huisje zodat hij een paar uur kan rusten. Gelukkig geeft niet iedere hypo zo’n kater.

Deze vakantie trekken we 24/7 met elkaar op als gezin en dat is fijn, maar ook confronterend. Hoewel ik altijd wel meedenk met Jan, ben ik in een week waarin we zo dicht bij elkaar leven bijna net zo bezig met zijn diabetes als hij. Ik besef des te meer dat er nooit even pauze is. Diabetes gaat mee op vakantie, je hebt er echt nooit vrij van.

“Onze vakantie is heerlijk, maar het zou zo lekker zijn om eens volledig onbezorgd te kunnen zijn”

Hoeveel koolhydraten zitten er in iets wat je nog niet eerder gegeten hebt? Wel of geen biertje op het terras? Vast wat suiker eten of de insulinetoevoer onderbreken? Wat doet een dagje door de stad wandelen met je waarden? Heb je je meter, PDM en cola bij je als we weg gaan? Het is intensief om diabetes te hebben, nog los van de lichamelijke gevolgen van een hypo of hyper. Begrijp me goed: onze vakantie is heerlijk, maar het zou zo lekker zijn om eens volledig onbezorgd te kunnen zijn.

De laatste tijd denk ik ook wel na over complicaties. Jan heeft nu 15 jaar diabetes en de kans op schade in zijn lichaam wordt groter. Wat als we ons leven niet meer zo kunnen leiden zoals we het graag zouden willen? Van de patiëntenfolders word ik best bang, maar of het gebeurt en hoe heftig het wordt weten we niet.

Aan de andere kant: er kan je zoveel overkomen, ook zonder diabetes. Er bestaan geen garanties op geluk en als je daarbij steeds stilstaat, kun je niet voluit leven. En dus herpakt Jan zichzelf weer na een hypo en probeer ik mijn zorgen opzij te schuiven. De zon schijnt, onze zoon lacht, we zijn bij elkaar, we hebben het goed. We genieten.