Waarom in brand staan niet handig is (als je diabetes hebt) – column Yvonne

Er zijn van die dingen die je eigenlijk nooit mee zou willen maken, in brand staan is er één van. Op 30 mei 2017 overkwam het me helaas en zo kwam ik erachter dat brandwonden en diabetes geen fijne combi zijn. Het begon allemaal dinsdagavond driekwart jaar geleden.
Die avond ga ik nog op pad en voor de gelegenheid draag ik een jurk met een dubbele, synthetische rok. Van te voren maak ik nog even wat spaghetti voor mijzelf en mijn huisgenootje. Ik duw de spaghetti in de pan. Blijkbaar nèt iets te dicht bij het gasfornuis. Ik doe een stap achteruit en staar even vol ongeloof naar het vuur ter hoogte van mijn buik. Het heeft ongeveer de grootte van een voetbal en breidt zich snel uit. In een oogwenk denk ik terug aan alles wat ik weet over brand en ga opties af. Kan ik mijn jurk uittrekken? Nee die zit goed getailleerd vast met een rits. Op de grond rollen dan? Ik ben bang dat het vuur dan om mijn rok heen grijpt en ik mijn armen, zijkanten en rug ook verbrand. Water pakken? Dat gaat te lang duren. Hierover nadenken duurt ook te lang. Ik doe een stap de gang op en roep mijn huisgenootje. Ons studentenflatje is maar 60 m2 dus ze is binnen een paar stappen bij me. Het is geen leuk gezicht om iemand anders in brand te zien staan.
Vanaf hier is ons geheugen een beetje blurry. Ik sta met mijn armen wijd en kan geen kant op terwijl mijn rok vanaf het midden wegbrandt. Zij vraagt “wat wil je dat ik doe?!” Ik antwoord “Snel, pak het branddeken!” Dat ligt aan de andere kant van de keuken. Op de één of andere manier loopt ze langs me zonder zichzelf te verwonden, gelukkig. Inmiddels komen de vlammen ter hoogte van mijn gezicht. Ik sta in de keuken met mijn armen wijd en achterovergeleund te wachten. Die paar seconden lijken minuten te duren. Langzamerhand groeit het besef dat ik in brand sta, ik krijg het benauwd. Diep van binnen voel ik paniek opkomen en de adrenaline giert door mijn lijf. “Snel! Snel! Snel!” Dan krijg ik het branddeken aangereikt. Ik duw het snel op mijn buik en ga er op liggen. Het blijkt de juiste keuze, bijna al het vuur is in één keer uit. Mijn huisgenootje dooft nog wat vlammen aan de zijkant.
Heel even lijkt de tijd stil te staan. Ik ben enorm opgelucht dat het vuur uit is maar besef ook dat het hiermee nog niet klaar is. Ik probeer snel mijn jurk uit te trekken, dat gaat moeizaam. Er vliegen verbrande stukjes stof door de keuken en er hangt een penetrante geur. Ook trek ik mijn infuuspleister los, het laat een huidskleurig cirkeltje achter op mijn knalrode buik. Het slangetje en plastic op de pleister zijn gesmolten en mijn pomp begint te klagen over verstoppingen.
Ik sta onder een lauwe douche en voel vaag pijn opkomen. Er onstaan grote blaren op mijn buik waarvan de vellen loslaten en wegspoelen. Het ziet er niet goed uit. Mijn huisgenootje belt de huisarts en komt in de wacht terecht. We hadden geen idee dat dit serieus genoeg was voor een telefoontje naar 112. Na 10 min heeft ze toch de SEH aan de lijn, ze sturen een ambulance. Ik voel me misselijk en duizelig en ga op de grond zitten terwijl het lauwe water over mijn buik stroomt. Alle huid tussen mijn onderbroek en BH is rood of wit. De adrenaline begint uit te werken, ik krijg het koud en de pijn wordt scherper. Tot nu toe voelde de hele situatie onwerkelijk, maar deze pijn doet me realiseren dat het echt is. Soms huil ik maar een beetje, dan staar ik weer even moedeloos voor me uit, wachtend op het geluid van de sirenes…
Uiteindelijk ben ik voor ongeveer 5% serieus verbrand aan beide zijden van mijn buik. Dat is vijf keer de oppervlakte van mijn hand. De rest is maar eerste of tweedegraads verbrand en geneest binnen een paar dagen.
5% klinkt alsof het meevalt maar omdat ik diabetes heb lig ik dezelfde avond in het Brandwondencentrum. De eerste zeven dagen ben ik erg ziek, misselijk en ontregeld. Als blijkt dat ik ECHT niet zwanger ben (een standaard test voor ontregelde vrouwen?) wijt men de bloedsuikers en het voortdurend overgeven aan mijn brandwonden. Gelukkig kan ik na een week geopereerd worden. Ze transplanteren huid van mijn been naar mijn buik.
Zeven dagen later mag ik tot mijn grote blijdschap naar huis om verder te herstellen. Wel moet ik nog drie maanden lang wekelijks terug naar het Brandwondencentrum om verbanden te wisselen. Ik hang ook veel aan de telefoon met mijn DVK, want mijn bloedsuikers blijven raar doen!
Maar volgende keer meer daarover…