Sporten is altijd goed, of niet? – Suzanne

Die vraag heb ik mezelf wel eens gesteld toen ik 12 jaar geleden de diagnose type 1 diabetes kreeg. Want wat nou als ik een lage waarde zou hebben, zou die dan niet doorzakken naar een hypo? En als ik een hoge waarde zou hebben, zouden mijn spieren dan niet gaan verzuren? Ik had al van alles gelezen over sporten met diabetes en hoewel ik van sommige verhalen heel blij werd, kwam ik ook artikelen tegen over de gevaren ervan.
Maar goed, dwars als ik ben.. gewoon maar voorzichtig proberen dacht ik. Ik heb altijd al veel gesport en vond het fijn om actief (liefst in de frisse buitenlucht) bezig te zijn. Ik was dan ook niet van plan dat ineens op te geven toen ik diabetes kreeg. Tot dan toe had ik al van alles gedaan. Als kind heb ik jarenlang gehandbald en tijdens mijn studententijd was ik groot fan van spinning. Alle andere dingen in de sportschool vond (en vind!) ik minder leuk, maar deed ik af en toe ook voor de afwisseling. En daarnaast deed ik altijd alles op de fiets of met de benenwagen. Een auto had ik niet, nu nog steeds niet trouwens, en openbaar vervoer is zo’n beetje mijn grootste frustratie dus nee, dank je 😊.
Maar toen ik diabetes kreeg, had ik heel sterk het gevoel dat ik nog méér moest bewegen; alles om mijn bloedsuikers onder controle te houden. Oké, toegegeven, in het begin ben ik daar wel een beetje in doorgeslagen, maar inmiddels heb ik een aardige balans gevonden en is sport net zoiets in mijn leven als eten en slapen. Ik doe het niet meer elke dag, maar wel zeer regelmatig en zou echt niet zonder kunnen. Mijn diabetes en ook het feit dat ik moeder ben, doen daar niets aan af. Sterker nog, hierdoor vind ik het alleen maar nóg belangrijker om fit en gezond te blijven.
Ik wilde destijds iets gaan doen wat laagdrempelig was. Wat ik altijd en overal kon doen, op mijn eigen tempo en liefst in de buitenlucht. En ja, dan kom je natuurlijk al gauw op hardlopen terecht. Ik besloot mezelf te trakteren op een goed paar schoenen en toen was ik er klaar voor. Eerst nog even meten, maar wat voor mij een goede waarde is om mee te starten, wist ik toen natuurlijk nog niet. Niet te laag dan maar (rond de 10 voor de zekerheid) en evengoed ook een rolletje dextro op zak. En daar ging ik! En sjongejone, wat ging er toen een wereld voor me open! Door mijn goede basisconditie liep ik al vrij snel 5km aan één stuk en dat wist ik binnen een maand of vier op te bouwen tot 10km.
Heerlijk vond ik het! Wat voelde ik me gelukkig tijdens het lopen, de welbekende runnershigh. Gelukkig heb ik dat na al die jaren nog steeds, mits geen last van pijntjes. Het is de ultieme manier om mijn hoofd leeg te maken en óók om mijn bloedsuikers stabiel te houden. Een paar keer op vakantie was ik zo lui dat ik een week helemaal niets gedaan heb, maar dat heb ik geweten. Daarna had ik nog minstens een week nodig om mijn waardes weer stabiel (lees: omlaag) te krijgen. Ziek zijn doet hetzelfde. Dit heeft toch al een slechte invloed op mijn bloedsuikers, maar omdat ik dan ook niet kan sporten, vliegen mijn waardes echt omhoog. Niet fijn, want van een hoge waarde voel ik me vaak beroerder dan van een lage waarde. Zo on-ge-loof-lijk moe!
Inmiddels ben ik al heel wat 10km en 15km runs verder en vorige maand liep ik voor de tweede keer een halve marathon. Dan voel ik me echt de koning(in) te rijk! Dat ik ondanks al mijn fysieke ‘dingetjes’ dit kan en mag doen! Dat mijn lijf me op zulke momenten echt niet teleurstelt. En dat mijn lichaam en geest dan dus hartstikke senang zijn met elkaar, want het lukt me dan ‘gewoon’ om te bereiken wat ik wil. Waar ik overigens ook vaak het gevoel heb dat mijn lichaam me in de steek laat, maar tijdens het sporten eigenlijk nooit.
Nu zul je misschien denken: heb je dan nooit hypo’s tijdens het sporten? Euhm.. nee, eigenlijk niet. Ik ken mijn lijf inmiddels zo goed dat ik precies weet hoe lang ik op welke waarde kan lopen. Rond de 8 en nog insuline actief? Dan kan ik maar 30-45 min hardlopen. Rond de 10 en geen insuline meer actief? Dan kan ik er zeker een uur tegenaan. Een duursport, zoals hardlopen of spinning, heeft overigens veel minder invloed op mijn bloedsuikers dan bijvoorbeeld krachttraining. Bij krachttraining zak ik veel sneller en moet ik dus met een hogere waarde beginnen. Sowieso neem ik tijdens het sporten altijd mijn dextro’s mee. Ik heb ze zelden nodig, maar het idee dat ik ze bij me heb, vind ik wel geruststellend.
Wat rest er nu nog qua sportieve uitdagingen? Lastig.. een obstaclerun zou ik nog wel eens leuk vinden, misschien ooit de hele (!) marathon en de Nijmeegse Vierdaagse staat zeker nog op mijn bucketlist. Lopen jullie dan mee?