Naar de inhoud springen

Alweer zo’n reisblog – Sanne

Voor de frequente bezoeker van deze site begint het inmiddels te vervelen, maar ook ik ben deze zomer op avontuur gegaan. En ja, daar valt nou eenmaal zoveel over te vertellen dat ik gewoon nóg een blog toevoeg aan de inmiddels enorme verzameling Stichting-ééndiabetes-op-wereldreis-content. Waarom je deze zou moeten lezen? Dat mag je zelf bepalen. Na inmiddels een week in China te hebben gestudeerd ben ik namelijk helemaal voor het maken van je eigen keuzes! (er hangen hier minstens vier camera’s in een klaslokaal en de Chinese overheid heeft al mijn vingerafdrukken verzameld bij aankomst. Het zou me niets verbazen als ze deze blog ook hebben gelezen.)

Ik had dus een tijd geleden (lees plusminus twee dagen voor de aanmelddeadlines) het plan opgevat om me zowel aan te melden voor een zomerschool in Beijing als een minor in Istanboel, want dan “werd ik misschien wel voor één van de twee aangenomen”. Je raadt het al, ik werd aangenomen voor beide, wat betekende dat ik krap drie maanden had om een reis van zeven maanden, waarin ik tussendoor hoogstwaarschijnlijk twee weken thuis zou zijn, voor te bereiden. Dat is in theorie best haalbaar, maar hoera: ik heb diabetes! En dat maakt alles nou net eventjes een stukje moeilijker (goh).

Wat betreft voorbereidingen: ik heb het spreekuur van mijn kinderarts zo’n half uur laten uitlopen omdat we verklaringen moesten regelen, een internationaal recept (stel je voor dat ik mijn insuline in een enorme pan kokende noedelsoep zou laten vallen) voor insuline, een reserve CGM, een reservepomp (doen ze niet voor 7 maanden. Maar wel als je het heel lief vraagt via via. Iets met vriendjespolitiek), een reserve bloedglucosemeter, zes maanden aan diabetesspullen (want voor zeven maanden krijg je niet mee. Ze eten zoveel okra hier dat er namelijk een kans bestaat dat je in die tussentijd spontaan geneest van diabetes en dan zouden ze dus voor niets centjes hebben uitgegeven om je in leven te houden), machtigingen om die ene maand te kunnen overbruggen en ga zo maar door. Uiteindelijk werd ik donderdagochtend met een flinke handbagagekoffer vol diabetesspullen én een normale koffer met normale mensen spullen (maar zonder nagelschaartje, want die vergeet ik altijd als ik op vakantie ga) op Schiphol uitgezwaaid door een tweetal emotionele ouders (iets met mijn diagnose en een schoolreisje en Schiphol) en een vriendin die de afgelopen weken stug had volgehouden dat ze dan helaas college had.

En toen was ik opeens in China. Land van de noedels, rijst, waar Cola Light alleen te koop is in een westerse supermarkt en al het eten onder gedompeld wordt in een laagje koolhydraatrijke saus. Maar tot nu toe gaat het prima. Mensen spreken geen Engels, dus er wordt alleen door de internationale en andere Nederlandse studenten gevraagd wat er op mijn arm zit, Chinese muggen zijn gelukkig niet zo dol op zoet bloed als Nederlandse muggen en als je het geschatte aantal koolhydraten in je eten plus 50 doet, kom je redelijk in de buurt van het werkelijke aantal*. Hier ga ik het de komende weken wel uithouden denk ik. En als ik terug kom heb ik vast geen diabetes meer, want okra is eigenlijk best lekker.

*Let op, dit is overdreven om  deze blog aantrekkelijker te maken. Ik ben niet verantwoordelijk voor de gevolgen van het toepassen van deze regel. Gebruik altijd je eigen kennis en schattingen om insulinedoseringen te bepalen en overleg eventueel met je diabetesteam.

Volg Sanne op Instagram!