De voor- en nadelen van de insulinepomp op een rijtje

Qua insulinetoediening heb je bij type 1 diabetes twee keuzes: spuiten of een insulinepomp. Hoewel steeds meer mensen tegenwoordig een pomp hebben, zijn er nog genoeg mensen die zich afvragen of dat nu wat voor hen is, zo’n ding aan je lijf. In dit artikel zetten we de voordelen en nadelen van het gebruik van een insulinepomp voor je op een rijtje om je keuze wat overzichtelijker te maken.

Een insulinepomp krijg je vergoed van je zorgverzekeraar met een garantie van de fabrikant van vier jaar. Vanwege de garantie en de hoge kosten van insulinepompen, moet je minimaal vier jaar met je insulinepomp doen, voor je weer een nieuwe mag uitzoeken.

De voordelen van een insulinepomp

Basaal en basaalprofielen

Een insulinepomp maakt gebruik van een basaalprofiel. Dit houdt in dat de pomp doorlopend kleine beetjes insuline toedient als basis, vergelijkbaar met langwerkende insuline. Er is wel een groot verschil: een basaal kun je per uur aanpassen aan je behoefte. Zo kun je jezelf ’s ochtends bijvoorbeeld meer insuline geven dan overdag. Je kunt basaalprofielen instellen voor verschillende dagen (bijvoorbeeld een werkdag of een weekenddag)

Tijdelijke basaal

Een tijdelijke basaal kun je gebruiken als je je basale hoeveelheid insuline tijdelijk wat wilt verhogen of verlagen. Dat kan bijvoorbeeld als je gaat sporten of als je veel last hebt van stress voor een toets of presentatie of als je om een andere reden tijdelijk meer/minder insuline nodig hebt.

Flexibiliteit

Door de tijdelijke basaal en verschillende profielen heb je al een stuk meer flexibiliteit met het eten van maaltijden en tussendoortjes, maar de pomp heeft nog een extra functie: je kunt je insuline op verschillende manieren toedienen. Bij een snelle bolus wordt de insuline in één keer toegediend (net zoals bij een spuit), maar pompen kunnen vaak ook verlengde bolussen geven, zodat de insuline geleidelijk afgegeven wordt (bijvoorbeeld bij vet eten) of een superbolus of dual wave bolus, waarbij een deel direct wordt afgegeven en een ander deel wordt gespreid.

Minder naalden

Je infuus verwissel je vaak om de twee of drie dagen, terwijl je bij spuiten meerdere keren per dag een naald door je huid steekt. Dat scheelt een behoorlijk aantal prikken!

Discretie

Spuiten aan tafel is niet altijd fijn. Een pomp is vaak een stuk discreter. Je kunt hem vanonder je kleding vandaan halen om insuline toe te dienen. En sommige insulinepompen hebben zelfs een afstandsbediening, waardoor niemand hoeft te merken dat je diabetes hebt.

Extra functies

Een insulinepomp heeft net wat meer functies dan de meeste insulinepennen. De meeste pompen hebben een boluscalculator die je helpt met het berekenen van je insulinedoseringen, zodat je zelf niet zoveel meer hoeft te hoofdrekenen. Pompen houden daarbij ook rekening met de hoeveelheid actieve insuline (insulin on board). Doordat een boluscalculator rekening houdt met heel veel factoren zijn de insulinedoseringen vaak veel preciezer.

Communicatie en gegevens

De gegevens uit een insulinepomp kun je heel makkelijk delen met een diabetesverpleegkundige of andere zorgverlener. Vaak is het ook mogelijk om verschillende gegevens samen te voegen in één app of op één pomp. Zo werkt de Medtronic pomp samen met de Enlite sensor. Deze communicatie met een sensor kan er in combinatie met de Smartguard technologie voor zorgen dat je pomp automatisch stopt bij een hypo. Hierdoor kunnen hypo’s soms voorkomen of beter opgevangen worden.

De nadelen van een insulinepomp

Je zit aan iets vast

Welke pomp je ook kiest: er zit iets op je lijf. Soms is dat een infuus met draadje eraan (Medtronic, Accu-chek Combo/Insight). Soms is het een patchpomp (Omnipod) en soms is het een semi-patchpomp (Kaleido). Zo’n infuus zit meestal op je buik, bil, been of arm en soms hangt daar dus nog een ander kastje aan vast dat je óók ergens moet laten. Tip: check ook het artikel: waar laat ik mijn insulinepomp.

Technologie kan kapot

Als je infuusset verstopt raakt kun je snel hoge bloedsuikers of ketonen krijgen omdat je niet meer de ‘buffer’ van de langwerkende insuline hebt. Als je pomp ermee stopt heb je helemaal geen insuline meer in je lijf en dan kan het snel mis gaan. Pompen kunnen verstoppingen vaak detecteren, maar meestal gebeurt dat pas als je al heel wat eenheden hebt gemist. Soms moet je dan alsnog bijspuiten

Huidproblemen

Omdat zo’n pomp ongeveer 24/7 aan je vast zit is het niet heel raar dat er mensen zijn die last krijgen van huidreacties. Hierdoor kan een pomp voor jou soms niet de oplossing zijn. Bij je diabetesverpleegkundige kun je vaak een proefpleister, proefpod of proefinfuus aanvragen om te kijken of je last hebt van huidreacties.

Het kost óók tijd, aandacht en inspanning

Er zijn mensen die een insulinepomp als een soort sprookje in hun hoofd hebben, maar een insulinepomp is géén zelfdenkend apparaat. Je moet het zelf besturen. In het begin heb je tijd nodig om het in te stellen en je moet er wel écht voor gaan. Het vereist aandacht, inspanning en geduld voordat je gevonden hebt wat voor jou werkt.

Tip: bekijk ook eens de consultkaart over diabetes type 1 bij volwassenen. Deze geeft een mooie vergelijking tussen pen- en pomptherapie!

Maar wélke insulinepomp dan?

Oké, je wilt een insulinepomp in overweging nemen. Maar hoe kies je nu de insulinepomp die het beste bij jou past? Er zijn namelijk veel verschillende soorten:

• De Minimed 640G (Medtronic)
• Mylife Ypsopump (Ypsomed)
• Accu-chek Combo (Roche)
• Accu-chek Insight (Roche)
• Kaleido (Vicentra)
• Omnipod (Insulet)

Hoe maak je dan de keuze welke pomp het beste bij jou past? En wat zijn de voor- en nadelen van elk merk? Check hiervoor het overzicht ‘Hoe kies je de juiste insulinepomp‘.

Mocht je er nu nog steeds niet uit zijn en wil je praten met iemand met pomp-ervaring? Stuur dan een mail met je vraag naar info@eendiabetes.nl of stel je vraag in de besloten ééndiabetes Facebook-groep ‘Jongvolwassen en diabetes’.  Er is altijd wel iemand die je vraag kan beantwoorden!

Wil je wat ervaringen van anderen lezen? Nora koos voor de pomp, maar schreef tegelijkertijd een ode aan haar spuit, Aniek was meteen hartstikke enthousiast over de pomp en Anne had ook veel twijfels. Matthijs roept je op om gewoon voor jezelf te kiezen.