Chocoladetaart met slagroom

Gister at ik samen met Anne chocoladetaart. We hadden iets te vieren, dus ze had een taart meegenomen naar ons koffie-thee-stichtingdingenbespreken-ochtendje. De taart vormde een onderdeel van ons minifeestje. De taart stond symbool voor blijdschap, vrolijkheid en leuke dingen.
Van die blijdschap was weinig meer over toen ik om twee uur ’s nachts voor de derde keer het alarm van mijn CGM wilde snoozen. Ik had koorts, was uitgeput van de blijdschap van die ochtend en wilde gewoon doorslapen. Toch bedacht mijn koortsige hoofd dat drie alarmen achter elkaar meestal niet iets goeds betekent. Een blik op mijn CGM vertelde mij dat mijn bloedglucose ruim een uur geleden de ondergrens was gepasseerd en nu op 2.3 was blijven steken. Ik wurmde mijzelf uit mijn dekentjesburrito en na vijf halfslachtige pogingen mijn warme bed te verlaten, bereikte ik mijn kastje met eten. Ik koos de zak kruidnoten (waarom zou je immers verstandige keuzes maken) en nam er een paar. Ik plofte vervolgens neer op de grond naast de kast. Na enkele minuten – 10? 5? Ik heb geen idee meer – overviel de hypo me plotseling. Waar ik eerst nog had gedacht dat de sensor loog, begon ik hem nu daadwerkelijk te voelen en een soort paniek bekroop me. Meer. Suiker. Eten. Mijn lichaam en hoofd schreeuwden naar me.
Ik verliet mijn kamer en strompelde naar de keuken. De taart van ’s ochtends was als een visioen aan me verschenen en ondanks de crackers, druiven, appels, bananen en ander eten dat ik op mijn queste naar de taart was gepasseerd, leek taart op dat moment mijn enige redding.
Dat maakte dat ik midden in de nacht, zielsalleen in het donker, een scheef gesneden stuk chocoladetaart met slagroom weghapte. Borden kon ik niet vinden, dus een ovenschaal fungeerde als ondergrond. Ik pinkte een traantje weg. De chocoladetaart die die ochtend nog symbool had gestaan voor vreugde en plezier symboliseerde nu allesbehalve leuke dingen.
De rest van de chocoladetaart heeft mijn huisgenootje de volgende dag opgegeten. Ik hoefde hem niet meer. Ze bakte een brownie voor me. Voor de volgende hypo.