Naar de inhoud springen

Zijn het de hormonen? | Suzanne

Echt, hoe vaak ik dit wel niet hoor van vriendinnen of vrouwelijke collega’s. Altijd als we ons even niet fit voelen of niet lekker in ons vel zitten, geven we onze hormonen de schuld. Maar zijn hormonen wel echt altijd de boosdoeners? En doen ze niet juist ook heel veel goeds voor ons en ons lijf?

In het geval van diabetes type 1, kun je in ieder geval met zekerheid zeggen dat er iets niet helemaal klopt in je hormoonhuishouding. Het houdt mij al jaren bezig. In hoeverre heeft het uitblijven van de aanmaak van insuline invloed op je andere hormonen? Zijn er, gelet op de verschillende geslachtshormonen bij vrouwen en mannen, ook verschillen in de ontwikkeling van hun diabetes? En hoe komt het dat diabetes ook geregeld samen gaat met vruchtbaarheidsproblemen of andere hormonale ‘afwijkingen’?

Na een lezing van een trainer van de Hormoonfactor over de invloed van hormonen tijdens het sporten, besloot ik mij eens wat meer te gaan verdiepen in onze hormoonhuishouding en hoe zich dit verhoudt tot diabetes type 1. Hieronder in het kort mijn belangrijkste bevindingen:

Bloedglucose regulators insuline en glucagon
Laat ik beginnen met de ‘makkelijkste’. Als in: van deze hormonen weten we allemaal wel dat ze van invloed zijn op onze diabetes. Deze twee hormonen, beide aangemaakt in de alvleesklier, moeten ervoor dat onze bloedsuikerspiegel stabiel blijft. Simpel gezegd werkt het als volgt: dreigt de bloedsuikerspiegel te hoog te worden, dan wordt er insuline afgegeven. Dreigt de bloedsuikerspiegel juist te laag te worden, dan wordt er glucagon afgegeven. En hier zit meteen ‘ons probleem’: bij mensen met diabetes type 1 worden deze hormonen niet meer aangemaakt.

Stresshormonen cortisol en adrenaline
Met snelle stress wordt bedoeld: de eerste seconden na hevige schrik, zoals bijvoorbeeld na een ongeluk. In dat geval sturen de hersenen direct stresssignalen het lichaam in. Het lichaam maakt zich klaar voor een vlucht-, vecht- of angstreactie en maakt dan adrenaline aan, wat veelal zorgt voor een korte (soms hevige) stijging van de bloedsuikerspiegel. Echter kan het daarna ook weer zorgen voor een fikse daling. Dit kan bijvoorbeeld lastig zijn bij (extreme) sporten zoals bungeejumpen en skydiven, maar ik weet gelukkig uit eigen ervaring: je kunt dit allemaal gewoon prima doen! Het is dan alleen wel handig om zowel voor als na het springen een paar keer extra te meten ;-).

Bij langzame stress komt pas na een paar minuten het stresssysteem op gang. Hierbij komt in ons lichaam het hormoon cortisol vrij, wat ook kan zorgen voor een verhoging van de bloedglucose. Cortisol wordt gezien als een stof die het lichaam helpt om snel energie te krijgen, waardoor je beter bent opgewassen tegen bedreigende situaties. Echter, hoe langer de stress aanhoudt, hoe meer het lichaam uit balans raakt. Dit kan leiden tot langdurig hoge bloedsuikers en lichamelijke klachten, zoals slaapproblemen, vermoeidheid of concentratieproblemen.

Slaaphormoon melatonine
Omdat bij mensen met diabetes vaak lagere melatoninespiegels worden gevonden, is in 2018 onderzoek gedaan naar de rol van melatonine bij de suikerstofwisseling. Hieruit blijkt dat melatonine, het slaaphormoon, ervoor zorgt dat cellen gevoeliger worden voor insuline. Bij een te lage melatoninespiegel is vaker sprake van insulineresistentie en een hogere bloedsuikerspiegel. Uit een vergelijkend onderzoek onder patiënten met diabetes type 1 bleek hun melatoninespiegel bijna half zo hoog als die van de gezonde controlepersonen. Hierdoor komen onder mensen met diabetes type 1 relatief vaak slaapproblemen voor.

Het kan zelfs zo zijn dat een te lage melatoninespiegel bijdraagt aan het ontstaan van diabetes. Dit omdat een normaal dag- en nachtritme met voldoende slaap van belang is voor de regulering van de bloedsuikerspiegel. Na een slechte nacht met veel onderbrekingen zie je overdag dan ook vaak een toename van de insulinebehoefte. Herkenbaar! In de eerste maanden na de geboorte van onze dochter had ik soms wel twee keer zoveel insuline nodig als normaal!

Groeihormonen in de puberteit
Tijdens de puberteit – vooral tijdens de groeispurt – kan een verslechtering van de diabetesregulatie optreden. Het lichaam wordt door hormonale invloeden namelijk minder gevoelig voor de werking van insuline. Vooral de nachtelijke insulinebehoefte neemt toe, waardoor ’s ochtends vroeg hoge bloedsuikerwaarden kunnen optreden (het dageraad fenomeen).

Je bent tijdens de puberteit vaak onderhevig aan sterke emoties en die zorgen dan weer voor meer adrenaline, wat ook vaak zorgt voor een stijging van de bloedsuiker. Bij sommige meisjes heeft ook de menstruatiecyclus invloed op de bloedsuikerspiegel. Vlak voor en tijdens je menstruatie kun je soms een verhoging zien van je glucosewaarden en de eerste dagen van de menstruatie heb je juist meer kans op lage bloedsuikers. Verder neemt door de puberteit de eetlust toe, je bent tenslotte in de groei. Bij jongeren met diabetes kan dat voor een snelle gewichtstoename zorgen, wat zorgt voor een verminderde insulinegevoeligheid.

Zwangerschap en de pil
Van alle hormonale veranderingen heeft een zwangerschap de meeste impact op diabetes. Je gewichtstoename en de vrouwelijke geslachtshormonen oestrogeen en progesteron zorgen voor een lagere insulinegevoeligheid, waardoor je hogere bloedsuikers zult ervaren. Dit effect treedt vooral op tijdens het tweede en derde trimester van de zwangerschap. Je insulinebehoefte kan dan gemakkelijk verdubbelen of zelfs verdrievoudigen. Tijdens het eerste trimester zie je juist vaak veel lagere bloedglucosewaardes.

Hogere bloedsuikers tijdens de zwangerschap kunnen zorgen voor grote baby’s wat de bevalling kan benadelen of kan zorgen voor een vroeggeboorte. Maar niet getreurd: je hoeft je kinderwens zeker niet op te geven voor de diabetes! Ik heb het hele traject zelf mogen doorlopen en dat was niet makkelijk, maar wel te doen. Overleg van tevoren met je behandelteam of je strak genoeg bent ingesteld, om afwijkingen bij de baby zoveel mogelijk te voorkomen. Om je bloedsuikers goed te kunnen monitoren tijdens (en vóór en na) de zwangerschap, kom je in aanmerking voor vergoeding van een sensor.

Ook de pil kan door het hormoon oestrogeen invloed hebben op onze bloedsuikers en wel in de vorm van een lagere insulinegevoeligheid (en dus hogere bloedsuikers). Kijk daarom samen met je arts of er een pil bij jou past met een zo laag mogelijke dosis hormonen.

Mannen versus vrouwen
Diabetes verloopt bij vrouwen vaak anders dan bij mannen, vooral als het gaat om het ontstaan van diabetes type 2. Dit heeft o.a. te maken met de vorm van het lichaam, de samenstelling van het lichaamsvet en onze geslachtshormonen (progesteron, oestrogeen en testosteron). Let wel: tot de puberteit (diabetes type 1) zijn er géén hormonale verschillen tussen jongens en meisjes met diabetes. Het effect zie je pas als de hoeveelheid geslachtshormonen gaat stijgen.

Mannen krijgen als ze dikker worden vaak meer buikvet, waar vrouwen meer vet krijgen op de heupen, billen en dijen. Vooral het vet rondom de organen produceert schadelijke stoffen en zorgt voor een hoger risico op diabetes type 2 bij mannen. Daarnaast hebben vrouwen meer bruin vet dan wit vet en is dat bij mannen juist precies andersom. Bruin vet zorgt ervoor dat energie (glucose) in ons lichaam wordt omgezet in warmte en wit vet slaat de energie juist op in de vorm van vet. Vrouwen hebben in het witte weefsel ook meer stoffen die zorgen voor een verzadigd gevoel na het eten en stoffen die de gevoeligheid voor insuline verhogen.

De overgang
Hoewel het voor velen van ons nog een ver-van-mijn-bedshow lijkt, komt er voor ons, jonge vrouwen, natuurlijk ook een moment waarop we in de overgang komen. Uit onderzoek blijkt dat vrouwen die vroeg in de overgang komen een hogere kans hebben op diabetes type 2. Aan de andere kant zien we ook dat vrouwen met diabetes type 1 een hogere kans lijken te hebben om vroeg in de overgang te komen.

Hoewel tijdens de overgang de oestrogeenlevels afnemen, zien we vaak geen daling van de bloedsuikerspiegels, maar juist een stijging. Dit kan onder andere verklaard worden door een veranderende vetverdeling en slaapproblematiek tijdens de overgang.

Onderzoek
Al met al kunnen we zeggen dat hormonen zeker van invloed zijn op diabetes, maar wat die invloed precies is en waardoor het komt, weten we nog niet precies en kan per persoon verschillen. Er wordt om die reden nog altijd veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de relatie tussen hormonen en diabetes.

Bronnen:
https://www.diabetes.be/diabetes-en-de-puberteit
https://www.diabetesfonds.nl/over-diabetes/diabetes-in-het-algemeen/vrouwen-en-diabetes
https://www.boerenmedical.nl/diabetes-stress
Artikel ‘Onderschat je hormonen niet’ uit de Diabc juli 2017