Vertellen over diabetes? | Sanne

“Ik moet dit soort dingen weten, want ik ben verpleegkundige”. Dat zei een studiegenootje toen ze erachter kwam dat ik diabetes heb. Waar ik een aantal jaar geleden nog aan iedereen vertelde dat ik diabetes had en wat ze konden doen in geval van nood, schiet dat er nu eigenlijk altijd bij in en komen mensen er pas achter als we een keer samen eten of wanneer ik, zoals nu was gebeurd, een hypo krijg waarbij ik even niet meer normaal kan functioneren.
Maar is dat wel zo? Moeten anderen echt weten dat ik diabetes heb? De keuze om wel of niet over diabetes te vertellen is een heel persoonlijke, die volledig afhangt van de situatie. Ze zeggen dat oefening kunst baart, maar ik weet niet hoeveel ik nog moet oefenen om de juiste keus te maken. Vertellen of niet vertellen en zo ja, wanneer en hoe: het blijft knap lastig.
Want vertel je dat aan studiegenootjes? Voegt dat echt iets toe? En wil ik wel weer diegene met diabetes zijn? Eigenlijk niet. Studie is een plek waar ik Sanne ben. Sanne, die het leuk vindt om nieuwe dingen te leren. Die elke week een ander antwoord geeft op wat ze later wil worden. Die betrokken is bij de studievereniging. Die ontzettend ongeduldig kan worden als de tijd om is, maar de studiegroep door blijft praten. Daar ben ik geen patiënt, maar toekomstig zorgverlener. Studiegenoot. Vriendin. Maar liever niet die ene met diabetes.
En op mijn bijbaantje? Wil ik daar echt al mijn lieve oudjes onderbreken in hun klaagzangen over dat één keer per dag insuline spuiten zo vervelend is en dat ik dat nooit zal begrijpen? Preken over dat ik jong en bovenal gezond ben en daar van moet genieten omdat dat zo om kan slaan? Nee. Het gaat ze helemaal niets aan dat ik wél weet hoe die minuscule naaldjes vreselijk veel pijn kunnen doen als je net verkeerd zit en dat het ontzettend klote is als je lichaam eventjes niet meewerkt. Ik ben er om hen te helpen en naar hen te luisteren. Niet om mijn eigen verhaal te bespreken.
Daarom kies ik er toch vaak voor om niet actief over diabetes te vertellen. Zo open als ik ben over diabetes op internet en tijdens presentaties voor de stichting, zo gesloten ben ik erover in mijn dagelijks leven. Bij mijn bijbaantje weet zo goed als niemand dat ik diabetes heb en dat gaat al drie jaar prima. Nieuwe mensen die ik leer kennen komen er eigenlijk alleen achter als we een keer samen eten of als ze me stalken op Facebook. En dan ben ik best bereid vragen te beantwoorden, maar er zelf over vertellen doe ik niet. En dat hoeft ook niet, want dit werkt voor mij. Toch blijft het lastig. Soms is het beter om het wel te vertellen, voor als je een hypo hebt of je pomp graag even van zijn bestaan wil laten horen. Maar hoe? Dat blijft me een raadsel.